OneWorld Illustratie Wendy Panders uit het kinderboek 'Palmen op de Noordpool'

Published on juli 9th, 2019 | by Irene van den Berg

0

Niet weer die ijsbeer

Als je dit leest, dan ben je rokende schoorstenen, ijsberen en smeltende ijskappen waarschijnlijk beu en zoek je naar ander beeld om je klimaatboodschap te communiceren.’ Dit is te lezen op Climate Visuals, een beeldbank gespecialiseerd in klimaatverandering. De initiatiefnemers willen een nieuwe beeldtaal ontwikkelen voor de klimaatcrisis. Na onderzoek onder meer dan drieduizend deelnemers uit de VS, Groot-Brittannië en Duitsland stelden ze zeven principes op voor betere klimaatbeelden. Zoals, zet échte mensen op de foto – geen modellen of politici – en wees terughoudend met beelden van demonstranten.

Beelden van de lokale effecten van klimaatverandering op een individu of een groep mensen hebben de meeste impact, ontdekten de onderzoekers. Zoals een brandweerman die een bosbrand blust of een vader die zijn huis is kwijtgeraakt door een overstroming. Maar variatie is belangrijk: als je alleen lokale beelden laat zien, verliest het publiek het grotere plaatje uit het oog. Demonstranten in beeld brengen is een slecht idee wanneer je een groot publiek wil aanspreken. Beelden van demonstraties spraken alleen proefpersonen aan die zichzelf al als klimaatactivist zagen. ‘Beelden van protesten versterken het idee dat klimaatverandering vooral iets is waar ‘zij’ mee bezig zijn in plaats van ‘wij’.’

Nog een belangrijke conclusie uit dit onderzoek: om een publiek te overtuigen van de ernst van de klimaatcrisis is het belangrijk om met nieuwe originele beelden te komen. ‘Vertrouwde voorstellingen kunnen nuttig zijn voor doelgroepen met beperkte kennis of interesse in klimaatverandering, maar kunnen ook cynisme en gelatenheid in de hand werken.

Minder bekende beelden stemmen meer tot nadenken dan rokende schoorstenen en ijsberen. De ijsbeer is trouwens niet alleen een cliché, het beest sluit ook nog eens slecht aan bij onze belevingswereld, betoogt klimaatexpert George Marshall in zijn boek Don’t even think about it, Why Our Brains Are Wired to Ignore Climate Change. ‘Een probleem dat te lijden heeft van een gebrek aan nabijheid, heeft als icoon een dier dat niet verder van het echte leven van de mens verwijderd kon zijn.’

Het mag duidelijk zijn: het publiek met beelden overtuigen van de ernst van de klimaatcrisis is geen gemakkelijke opgave. Beeldprofessionals Ronald van der Heide, Wendy Panders en Branko de Lang vertellen wat volgens hen wel werkt, en wat niet.

Beeld moet meer doen dan verontrusten

Ronald van der Heide maakt voor de overheid en gemeenten infographics over klimaatverandering. “De boodschap van klimaatverandering is groot en ingewikkeld. Om mensen tot actie aan te zetten, moet je meer doen dan alleen verontrusten. Dat wordt al snel drammerig en dan bereik je vaak juist het tegenovergestelde. Het kan helpen om het probleem juist klein en persoonlijk te maken. Zo maakte ik voor de gemeente Woerden een infographic over de gevolgen van klimaatverandering voor een jongetje wiens vader hovenier is. Ik liet zien dat zijn huis onder water kwam te staan. En dat zijn vader door de verstening van tuinen steeds minder werk kreeg. Maar ook dat hij daar vervolgens slim op inspringt door klimaatbestendige beplanting en groene daken aan te bieden.

Als ik een probleem constateer, wil ik ook een oplossing aandragen. Ik maak infographics over de energietransitie en leg dan ook uit wat mensen zelf kunnen doen. Sommige burgers worstelen toch al erg met de complexiteit van deze tijd. Je kan het probleem van klimaatverandering ook nog eens op hun bord gooien, maar het risico bestaat dat mensen afgestompt raken.

De overheid vraagt vaak maar kleine stappen van haar burgers. Een paar jaar geleden maakte ik een infographic over de bodemdaling van veenweidegrond die viraal ging. Er was toen nog weinig bekend over het probleem, dus de infographic stelde echt een probleem aan de kaak. De oplossingen die ik toen uitbeeldden waren nog niet goed uitgewerkt. Toch is die infographic nuttig geweest, daar kan de overheid nu weer op voort bouwen. Het is niet altijd nodig om die vuilnisbak in één keer over mensen leeg te kieperen.”

Clichés met een twist

Wendy Panders, illustrator van Palmen op de Noordpool, een kinderboek over klimaatverandering: “Tja, de ijsbeer… Ik heb geprobeerd zo min mogelijk ijsberen te gebruiken. Maar het blijft wel een boek voor kinderen. Die houden van dieren, en dan kun je in een boek over klimaatverandering toch niet helemaal om de ijsbeer heen. Ik heb geen moeite met clichés, mits met mate gebruikt of met een twist. Soms is een cliché nu eenmaal het sterkste beeld: een vloedgolf zegt meer dan een straat die blank staat.

Met de illustraties in het boek wil ik kinderen nieuwsgierig maken naar de tekst. Ze zijn nuchter en opgewekt, niet moraliserend, dwingend of somber. Ze passen bij de toon van het boek. Palmen op de Noordpool is in de eerste plaats bedoeld om te informeren; het is geen doe-boek. Maar het resultaat kan wel zijn dat mensen in actie komen. Als je begrijpt wat er aan de hand is, is het veel makkelijker bewuste keuzes te maken of dingen te laten.

Ik heb geen moeite met leuk als het om klimaatverandering gaat. Een grapje is een goede manier om te prikkelen of de aandacht vast te houden. Net zo goed bij volwassenen. Ook hou ik van speelse grafieken, anders wordt het al snel een schoolboek. Bevolkingsgroei door de jaren heen kun je in een curve laten zien met het aantal geboortes per minuut. Maar als je het aantal hoofdjes laat zien wordt meteen inzichtelijk hoe enorm de groei is.”

Moe van dezelfde beelden

Branko de Lang, nieuwsfotograaf voor onder meer Stichting Urgenda en persbureau ANP, met als hoofdthema’s energietransitie, duurzaamheid en klimaatverandering: “Moe word ik van steeds dezelfde beelden. Zelfs die rokende schoorsteen is vaak hetzelfde exemplaar. Door bezuinigingen in de journalistiek, kiezen media steeds vaker voor goedkoop beeld. Ook zijn er minder professionele beeldredacties die goede beelden selecteren. Andere trend: het beeld moet vaak sexy zijn want dat levert meer clicks op.

Ik wil laten zien wat er gebeurt, ook als het minder sexy is. Zo fotografeer ik veel projecten in de energietransitie. Laatst was ik bij een gebouw met een ondergrondse thermische opslag. Een geraamte, dat qua vorm doet denken aan het Atomium in Brussel, wordt onder het oppervlak ingegraven en slaat in de zomer warmte op. Het is mooi om mensen te laten zien wat er allemaal kan op het gebied van de energietransitie. Dat is een positief verhaal. Zo heb ik voor de Borgingscommissie van het klimaatakkoord foto’s gemaakt die aantonen dat de energietransitie banen oplevert. Ik hoop dat mijn werk ook op die manier bijdraagt aan maatregelen om klimaatverandering tegen te gaan.

Maar ik sluit mijn ogen zeker niet voor de negatieve kant. Het is belangrijk dat het publiek wordt geconfronteerd met de gevolgen van klimaatverandering. Dat origineel in beeld brengen, is niet eenvoudig. Ik werk veel in Nederland en de gevolgen zijn hier nog niet heel zichtbaar. Maar ik heb bijvoorbeeld foto’s van uitgedroogde akkers en wateroverlast in de stad gemaakt. Omdat ik me er allang in verdiep, heb ik inmiddels veel kennis van deze materie. Fotografen die dat niet hebben, zullen sneller aankomen met clichébeelden.”

De illustratie van de ijsbeer is van Wendy Panders en komt uit het boek Palmen op de Noordpool

Niet weer die ijsbeer

Tags: ,


About the Author

is onafhankelijk (onderzoeks)journalist en schrijft over sociale en ecologische kwesties, zoals armoede, klimaatverandering en de keerzijde van de consumptiemaatschappij. Haar publicaties verschijnen onder meer in OneWorld, NRC en Vrij Nederland.



Comments are closed.

Back to Top ↑