Published on oktober 7th, 2015 | by Irene van den Berg
0Privezaken
– Hé! Dat is alweer een tijdje geleden. Hoe is het met jou?
– Nou, dat is nogal een verhaal. Frank is bij me weg. Dus niet zo denderend, als ik eerlijk ben.
– Wat rot! Hoe kan dat nou?
– Hij is er heel cliché met zijn tien jaar jongere secretaresse vandoor gegaan. De eikel.
– Dat meen je niet. Zomaar, ineens?
– Nee, ze hebben eerst nog maanden in het geheim lopen rotzooien. Ik vertrouwde het al een tijdje niet, hoor. Afwezig gedrag, vaak overwerken, allemaal nieuwe kleding kopen. Dat soort dingen. Had-ie ineens van die strakke leren jasjes, waar hij zogenaamd jong in moest lijken. En hij waakte over zijn telefoon als een leeuwin over haar welpen. Dus toen hij hem toch een keer thuis had laten liggen, greep ik mijn kans. Ik hoefde Whatsapp maar te openen om te weten dat die klootzak vreemd ging.
– Heb je hem ermee geconfronteerd?
– Zeker! Ik heb eerst zijn secretaresse gebeld om te zeggen dat zijn telefoon nog thuis lag. Maar dat ik wel even in zijn mobiel zou kijken of hij nog belangrijke berichten had gehad. Nou, die trut wist niet hoe ze het had. Ik heb haar eerst even laten zweten en toen gezegd dat het al te laat was. Dat ik al wist dat ze me hadden bedrogen. En dat ze mijn man onmiddellijk naar huis moest sturen. Als hij niet zou komen, zouden er vanavond andere sloten op de deur zitten. Nou, hij was er binnen een kwartier.
– Was je niet enorm boos?
– Ja, ontzettend. Ik heb hem eerst een uur lopen uitschelden. Ik vond die affaire zó goedkoop. Hij zei toen nog dat hij voor mij ging en aan onze relatie wilde werken. Maar een paar weken later pakte-ie op een avond ineens toch zijn spullen. Ik moest de kinderen de volgende dag uitleggen waar papa was.
– Hoe gaan ze ermee om?
– Ze hebben het er erg moeilijk mee. Vooral Sem. Volgens mij denkt hij dat het zijn schuld is dat Frank weg is. Zo zielig. Op school gaat het ook helemaal niet lekker met hem. Ik heb mijn schoonmaakwerk daarom tijdelijk even stopgezet. Ik wil er nu voor de kinderen zijn.
– Hè, wat naar allemaal. Ik kan me voorstellen dat je ze nu extra aandacht wil geven. Maar red je het financieel wel, zonder die schoonmaakbaan? Je moet het nu ook zonder het inkomen van Frank doen.
– Pardon? Vraag je me nu of ik wel genoeg geld heb om er voor de kinderen te kunnen zijn?
– Sorry, nee. Ik vroeg je gewoon of je het allemaal wel redt, ook financieel.
– Ik geloof niet dat ik aan jou verantwoording schuldig ben over wat er bij mij in- en uitgaat. Ik vind dat eerlijk gezegd nogal privé.
– Uh…
– Ja, ik zit er gewoon niet op te wachten dat je me loopt uit te horen over mijn financiën. Ik vraag jou ook niet wat er op jouw bankrekening staat. Zo goed kennen we elkaar niet. Ik heb trouwens haast, dus ik zie je wel weer. Daag!